Tekst
Uitsluitingsgronden.
De inschrijver dient middels deel III A van de Eigen verklaring te verklaren dat er geen sprake is van een in de afgelopen vijf (5) jaren onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak jegens inschrijver, in de zin van alle in artikel 2.86 Aw 2012 beschreven redenen, op straffe van uitsluiting van deze aanbestedingsprocedure. De verplichting tot uitsluiting van de inschrijver is ook van toepassing wanneer de bij onherroepelijk vonnis veroordeelde persoon lid is van het bestuurs-, leidinggevend of toezichthoudend orgaan van inschrijver of die daarin een vertegenwoordigings-, beslissings- of controlebevoegdheid heeft.
De inschrijver dient daarnaast middels deel III B van de Eigen verklaring te verklaren dat er geen sprake is van een onherroepelijke en bindende rechterlijke of administratieve beslissing overeenkomstig de wettelijke bepalingen van het land waar de gegadigde of de inschrijver is gevestigd of overeenkomstig nationale wettelijke bepalingen is vastgesteld dat de inschrijver niet voldoet aan zijn verplichtingen tot betaling van belastingen of sociale zekerheidspremies.
De inschrijver dient tevens middels deel III C van de Eigen verklaring te verklaren dat geen sprake is van de situaties als opgesomd in artikel 2.87 Aw 2012. De aanbestedende dienst acht op onderhavige procedure de navolgende facultatieve uitsluitingsgronden van toepassing:
— Schending verplichting o.b.v. milieu-, sociaal- of arbeidsrecht (art. 2.87 lid 1 sub a Aw 2012);
— Faillissement, insolventie of gelijksoortig (art. 2.87 lid 1 sub b Aw 2012);
— Vervalsing van de mededinging (art. 2.87 lid 1 sub d Aw 2012);
— Prestaties uit het verleden (art. 2.87 lid 1 sub g Aw 2012);
— Valse verklaring (art. 2.87 lid 1 sub h Aw 2012);
De inschrijver dient daarbij middels deel III B van de Eigen verklaring te verklaren dat geen sprake is van onderstaande facultatieve uitsluitingsgrond:
— Betaling belasting of sociale premies (art. 2.87 lid 1 sub j Aw 2012).
Betreffende het eerste lid de onderdelen a, d, g en j van artikel 2.87 Aw 2012 geldt (naast dat deze van toepassing zijn op onderhavige procedure) een terugkijktermijn van drie (3) jaren. Voor de overige facultatieve uitsluitingsgronden geldt dat hiervan geen sprake mag zijn jegens onderhavige procedure.
Inschrijving handels- en beroepsregister.
De inschrijver dient in de inschrijving een (kopie van) bewijs van inschrijving in het handels- en/of beroepenregister van de Kamer van Koophandel toe te voegen aan de inschrijving van maximaal 6 maanden oud, te rekenen vanaf de indieningsdatum van de inschrijving. Uit deze inschrijving in het handels- en/of beroepenregister dient de tekeningsbevoegdheid te blijken voor tenminste de inschrijvingssom voor deze opdracht van degene die de inschrijving heeft getekend.